Moet Den Haag meer doen aan stankoverlast door boeren? De rechter gaat daar over beslissen

18 juni 2018 om 13:54
nl
Het hing al een tijdje in de lucht, maar maandag heeft jurist Valentijn Wösten uit Den Haag de Staat der Nederlanden gedaagd. Namens achttien mensen onder wie de Brabander Piet Catsburg uit Zeeland, wil hij via de civiele rechter afdwingen dat de geuroverlast van boerenbedrijven wordt teruggedrongen.
Profielfoto van Jan de Vries
Geschreven door
Jan de Vries

Piet Catsburg werd bekend als woordvoerder van de actiegroep Groen Graspeel die al lang strijdt tegen intensieve veehouderij. “Inwoners van Nederland worden niet gelijk behandeld. Het is onvergelijkbaar maar als ik zie wat de overheid doet voor de gedupeerden van de gaswinning in Groningen en ik denk aan de 74 doden die de Q-koorts eiste, dan wordt het tijd dat mensen die last hebben van slechte lucht ook actie ondernemen”, aldus Catsburg.

Binnen regels van vergunning
Jurist Valentijn Wösten heeft van steun aan mensen die last van stank hebben zijn specialiteit gemaakt. Hij heeft de afgelopen jaren een groep gedupeerden bij elkaar gebracht. Het probleem is dat de geurbelasting door boerenbedrijven in de wet is geregeld. De meeste boeren blijven binnen de regels van de vergunningen. Daardoor is het vrijwel onmogelijk om die vergunningen via het bestuursrecht aan te vechten.

Van God los
Daarom slaan de tegenstanders en Wösten nu een andere weg in. “Je kunt niet volhouden dat in de huidige tijd de normen nog te handhaven zijn. Als je vergelijkt hoeveel meer veehouderijen wordt toegestaan dan andere bedrijven dan denk ik dat we in dit land van God los zijn. We worden daarin gesteund door rapporten van de GGD die zich ook zorgen maakt over de kwaliteit van de lucht en de gezondheid van omwonenden”, aldus Wösten. Er is volgens hem nog iets. Vergunningen gelden voor individuele boeren. Vooral in Brabant staan nu grote veehouderijen bij elkaar die samen veel overlast veroorzaken, aldus de jurist.

Leefkwaliteit
Volgens Wösten gaat het om de leefkwaliteit en die is volgens hem of veel plaatsen in Nederland in het algemeen en Brabant in het bijzonder in het geding. Hij vindt dat de staat verantwoordelijk is voor die leefkwaliteit. Daarom wil hij nu namens zijn cliënten naar de civiele rechter stappen. Maandag heeft hij een brief naar het ministerie van Landbouw gestuurd waarin staat dat minister Carola Schouten binnen een maand stappen moet zetten om de geuroverlast tegen te gaan. Zo niet dan wordt de gang naar de rechter gemaakt.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.