Werkstraf geëist tegen agenten die drugsverdachte neerschoten: 'Raar om ineens verdachte te zijn'

30 november 2015 om 12:26 • Aangepast 21 november 2020 om 14:25
nl
Tegen twee agenten (30 en 44 jaar) van het korps Zeeland-West Brabant zijn maandagmorgen werkstraffen van honderd uur geëist, omdat ze op een vluchtende drugsverdachte hebben geschoten. Dat werd maandag tijdens de rechtszaak in Breda bekend. De agenten schoten de man bij een achtervolging in Tilburg op 28 mei 2014 neer. Hij overleefde de schietpartij, maar raakte ernstig gewond. Hij kreeg een kogel in zijn bil. Het Openbaar Ministerie vindt dat de agenten niet hadden mogen schieten, omdat er geen sprake was van noodweer.
Profielfoto van Pennings Mathijs
Geschreven door
Pennings Mathijs

De agenten achtervolgden de man, omdat zijn auto vol lag met hennep. "Hij reed als een dwaas over de weg", zo zei een van de agenten maandag op zitting. De automobilist ramde volgens de agent tijdens zijn vlucht zo'n zes andere auto's. Hij werd klemgereden, stapte uit en vluchtte te voet.
'Ik voel me klote'De agenten zeiden dat hij moest blijven staan. Toen de man dat weigerde, werd er geschoten. De drugsverdachte werd vier tot vijf weken in coma gehouden en werd meerdere malen geopereerd. In totaal lag hij ruim drie maanden in het ziekenhuis.

Wachten op privacy instellingen...

De 30-jarige agent die raak schoot, is vervolgens een dag thuis gebleven en daarna weer aan het werk gegaan. "Het is heel raar om ineens als verdachte aangemerkt te zijn", zei hij. Ook de andere beklaagde agent voelt zich behoorlijk 'klote'. "Ik hoor hier niet thuis. Dit gaat je niet in de koude kleren zitten."

Wachten op privacy instellingen...

De rechter doet over twee weken uitspraak.

App ons!

Heb je een foutje gezien of heb je een opmerking over dit artikel? Neem dan contact met ons op.